{"datum":"2016-11-08T17:32:11+0100","debat":[],"disclaimer":"","gedachtewisseling":[],"id":1092316,"link":[],"parlementair-initiatief":[],"spreker":[{"link":[],"persoon":{"aanspreking":"De heer","fotowebpath":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1478708","id":3246,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/3246?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Van Malderen","voornaam":"Bart"},"sprekertekst":"
Mevrouw Coppé heeft het woord.
","sprekertitel":"De voorzitter","voorzitter-tijdens-spreker":"Bart Van Malderen"},{"link":[],"persoon":{"aanspreking":"Mevrouw","fotowebpath":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1478659","id":3428,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/3428?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Coppé","voornaam":"Griet"},"sprekertekst":"Voorzitter, minister, collega’s, op vraag van de Koning Boudewijnstichting (KBS) voerde de Université catholique de Louvain (UCL) een grootschalig kwantitatief onderzoek naar de situatie van mantelzorgers van thuiswonende ouderen. Men bekeek vooral de situatie van 5201 kwetsbare 65-plussers en hun mantelzorgers, op basis van gegevens van het RIZIV en andere databanken enerzijds en diepte-interviews met mantelzorgers anderzijds.
De resultaten werden gelanceerd en er waren vier aanbevelingen voor de overheid. Ik noem ze op. Mantelzorgers kunnen hun rol alleen ten volle spelen als de overheid hun specifieke noden erkent en zorgnetwerken stimuleert. Een regelmatige opvolging van de evolutie van een zorgsituatie is nodig, eventueel via de inzet van een trajectbegeleider. Er is nood aan een debat rond tijdskrediet voor zorg. Er bestaat een grote nood aan respijtzorg: op de bestaande diensten wordt maar weinig beroep gedaan, namelijk tussen 2 en 6 procent bij niet-inwonende mantelzorgers en tussen 4 en 14 procent bij inwonende mantelzorgers.
Een opvallende vaststelling in de studie betreft de correlatie tussen het sociaal-economisch profiel van ouderen enerzijds en het inroepen van formele hulp anderzijds. Dat verwonderde mij een beetje omdat ik u in juni 2015 een schriftelijke vraag stelde of we effectief een zicht hadden op de gebruikers van diensten gezinszorg en aanvullende thuiszorg ingedeeld naar inkomenscategorieën. Door de wet op de privacy kon daarover geen informatie beschikbaar gesteld worden. Nu zou dit met deze studie wel kunnen. Men maakt de verdeling volgens arme of rijke gemeenten.
In de 25 procent armste gemeenten doet slechts 51 procent van de ouderen met fysieke zorgbehoeften zonder inwonende mantelzorger een beroep op verpleegkundige zorg. In de 25 procent rijkste gemeenten is dat 62 procent. Bij inwonende mantelzorgers is de kloof tussen de twee types gemeenten nog groter. Ook voor gezinszorg gaat deze conclusie op: 85 procent van de zorgbehoevende alleenwonende ouderen in rijkere gemeenten krijgt gezinszorg. In armere gemeenten is dat maar 72 procent. In het kader van de vermaatschappelijking van de zorg is dit toch een aandachtspunt. Formele thuiszorg moet immers voor iedereen haalbaar zijn, vooral dan bij de mensen met een stijgende zorgbehoevendheid.
De bijdrage van mantelzorgers aan de zorg en samenleving kan moeilijk overschat worden. Er zijn grenzen voor mantelzorgers. Vanuit de Vlaamse overheid werden reeds verschillende studies gevoerd naar de noden van mantelzorgers. Op basis van deze studies maakte u reeds een eerste Vlaams mantelzorgplan op met meer dan honderd acties. Een van de voorgestelde acties luidt: “De integreerbaarheid van opgedane ervaringen in pilootprojecten over de rol van een zorgbegeleider/zorgbemiddelaar voor zorgvragers en mantelzorgers binnen integrale zorgconcepten, wordt onderzocht.” Daarmee wordt aan een van de vier aanbevelingen van de overheid reeds opvolging gegeven.
Door de uitblijvende economische groei is het aantal subsidiabele uren gezins- en aanvullende thuiszorg de voorbije jaren gestagneerd. In de beleidsbrief Welzijn 2016-2017, die binnenkort ter bespreking wordt voorgelegd, luidt het: “In 2017 voorzien we in een groeipad voor gezinszorg dat ook rekening houdt met de demografische evolutie.”
Naar aanleiding van deze studie en de conclusies, had ik graag volgende vragen gesteld. Minister, ziet u een verband tussen het inkomen van een zorgbehoevende en de vraag naar formele thuishulp? Stellen zorgbehoevenden met een lager inkomen de vraag naar formele zorg uit? Zal er in 2017 een stijging zijn in het aantal subsidiabele uren gezins- en aanvullende thuiszorg? Misschien kan er al een tipje van de sluier worden opgelicht voor het jaar dat eraan komt. Hoe zult u de stap naar formele thuiszorg verkleinen? Moet er nog een grote communicatiecampagne worden gevoerd? Hoe staat u tegenover het invoeren van een trajectbegeleider voor mantelzorgers? Ik ga ervan uit dat dit positief is aangezien er reeds een pilootproject werd opgestart, dat ook werd opgenomen in het mantelzorgplan.
","sprekertitel":"Griet Coppé (CD&V)","voorzitter-tijdens-spreker":"Bart Van Malderen"},{"link":[],"persoon":{"aanspreking":"De heer","fotowebpath":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1478708","id":3246,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/3246?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Van Malderen","voornaam":"Bart"},"sprekertekst":"De heer Bertels heeft het woord.
","sprekertitel":"De voorzitter","voorzitter-tijdens-spreker":"Bart Van Malderen"},{"link":[],"persoon":{"aanspreking":"De heer","fotowebpath":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1478741","id":4055,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/4055?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Bertels","voornaam":"Jan"},"sprekertekst":"De rol van de mantelzorgers en de perceptie van de toekomstige mantelzorgers is blijkbaar een rode draad doorheen de commissie vandaag. Het toont aan dat mantelzorgers aandacht en waardering verdienen en dat we heel veel belang hechten aan die mantelzorgers.
De studiedag waarnaar verwezen werd, gaf heel duidelijk aan dat mantelzorgers een grote meerwaarde hebben, zelfs als je het in economische termen zou uitdrukken. Het gaat over een meerwaarde van 1 tot 2 miljard euro per jaar, een significant bedrag, los van de maatschappelijke meerwaarde die mijns inziens nog veel groter is.
We hebben er een paar keer over gediscussieerd en verschillende debatten aan gewijd, maar ook nu tonen beide gepresenteerde studies aan dat er in het huidige kader zeer weinig rek zit op zowel het aantal mantelzorgers als het aantal uren dat mantelzorgers mantelzorgtaken kunnen uitvoeren, terwijl het beleid steeds meer verwacht van die mantelzorgers, zowel in aantal als in uren. We worden nog maar eens met enkele maatschappelijke evoluties geconfronteerd. Eerst is er de toenemende druk van het werk en het wegvallen van de zogenaamde nine-to-fivejobs, waardoor het moeilijker wordt om mantelzorg georganiseerd te krijgen. Vervolgens is er de toenemende afstand in ruimte tussen de mantelzorger en de ontvanger van mantelzorg. Een volgende uitdaging specifiek voor inwonende mantelzorgers, vaak de partner, is wat er gebeurt als deze zelf zorgbehoevend wordt. Tot slot, en echt verontrustend, is dat de perceptie rond mantelzorg weinig positief is volgens professor Elchardus, de socioloog die het onderzoek heeft gedaan. Wat ons zeker moet verontrusten, is dat een significant deel van de jongeren zichzelf geen mantelzorgtaken ziet verrichten.
Minister, welke conclusies trekt u uit de studie van de UCL en de Koning Boudewijnstichting over mantelzorg? Beaamt u de conclusies? Beaamt u dat de ‘rek’ die er op de mantelzorgers zit, klein is en aldus de grenzen van de vermaatschappelijking van de zorg in het zicht aan het komen zijn of bereikt zijn en dat we daar terdege rekening mee moeten houden bij de verdere uitrol van de vermaatschappelijking van de zorg? Welke maatregelen zult u nemen om niet enkel mantelzorgers beter te ondersteunen en evoluties in de zorgbehoevendheid van zorgontvangers van mantelzorg te monitoren, maar ook om de attitude en de perceptie ten aanzien van mantelzorg te verbeteren? We hebben in de toekomst nood aan die mantelzorgers. Zal deze studie aanleiding geven tot een verfijning van uw mantelzorgplan zoals dat in concept is voorgesteld in de zomer? Zoals u in uw beleidsbrief impliciet aangeeft, ga ik ervan uit dat dat de bedoeling is en dat u dat ook gaat doen.
","sprekertitel":"Jan Bertels (sp·a)","voorzitter-tijdens-spreker":"Bart Van Malderen"},{"link":[],"persoon":{"aanspreking":"De heer","fotowebpath":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1478708","id":3246,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/3246?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Van Malderen","voornaam":"Bart"},"sprekertekst":"Minister Vandeurzen heeft het woord.
","sprekertitel":"De voorzitter","voorzitter-tijdens-spreker":"Bart Van Malderen"},{"link":[],"persoon":{"aanspreking":"De heer","id":2629,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/2629?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Vandeurzen","voornaam":"Jo"},"sprekertekst":"Collega’s, de studie brengt op basis van inclusiegegevens van de zorgvernieuwingsprojecten voor kwetsbare thuiswonende ouderen interessante cijfers naar voren over mantelzorgers van thuiswonende ouderen. In deze studie wordt de economische waarde van de mantelzorg op een genuanceerde wijze in kaart gebracht. Het illustreert de waarde van de zorg gegeven door mantelzorgers per maand. De aandacht voor ondersteuningsnoden van mantelzorgers, het belang van opvolging van de zorgsituatie, de toegang tot respijtzorg en het belang van een mantelzorgvriendelijke werkomgeving worden verder door de studie bevestigd. De studie versterkt onze beleidskeuze om in te zetten op de ondersteuning en waardering van mantelzorgers. Ons Vlaams mantelzorgplan is hiervan de concretisering.
\r\nTevens toont de huidige studie van de Koning Boudewijnstichting aan dat zorgbehoevenden in gemeenten met een laag mediaan inkomen minder gebruikmaken van thuiszorg. De associatie tussen het inkomen van een zorgbehoevende en de vraag naar formele thuishulp werd ook bevestigd door ander wetenschappelijk onderzoek. De studie ‘Vlaamse prioritaire thema’s met betrekking tot eerstelijnsgezondheidszorg: focus op de Vlaamse huisartsgeneeskunde’ van professor De Maeseneer heeft dit verband onderzocht en werd in maart 2014 gepubliceerd. Uit deze studie blijkt dat patiënten met een laag gemiddeld inkomen vaker zorg uitstellen dan patiënten met een hoog gemiddeld inkomen. In dezelfde studie wordt er ook specifiek gekeken naar het aantal huisartsenbezoeken. Zo geven 13,1 procent van de patiënten met een laag gemiddeld inkomen aan een huisartsenbezoek uit te stellen vanwege financiële redenen.
\r\nEen eerste aspect om de stap naar formele thuiszorg te verkleinen, is de financiële toegankelijkheid van zorg en ondersteuning. Voor de duidelijkheid, maar ik ga ervan uit dat dat u allen zeer goed bekend is: de Vlaamse bevoegdheden in de thuiszorg zijn niet echt de grootste in budget. Dat zal ongetwijfeld de thuisverpleging zijn, als ik uit mijn parate kennis mag citeren. Zo is bijvoorbeeld de bijdrage gezinszorg in hoofdzaak afhankelijk van de samenstelling en het inkomen van het gezin, wat de toegang bij een laag inkomen moet verzekeren. Diensten die in oppashulp voorzien met vrijwilligers, mogen maximaal 2,71 euro per uur aanrekenen. Het bepalen van de dagprijs in kortverblijf en vergoeding in een dagverzorgingscentrum is gereglementeerd. Een aanvraag tot prijsverhoging is aan transparante evaluatiecriteria gebonden.
\r\nEen tweede aspect is de financiële ondersteuning van personen met een hoge zorgnood. Met de Vlaamse sociale bescherming (VSB) willen we ervoor zorgen dat mensen met chronische zorgnoden aangepaste, kwaliteitsvolle en betaalbare zorg krijgen. In een stapsgewijze uitbouw bestaat de eerste fase uit drie onderdelen: de bestaande zorgverzekering, de tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden (THAB) en het basisondersteuningsbudget (BOB) voor personen met een beperking.
\r\nDe Vlaamse zorgverzekering geeft geïndiceerde hulpbehoevende mensen een budget om de zorg die ze nodig hebben, rond zich te organiseren. Dit geldt voor personen in een voorziening en mensen die thuis zorg krijgen, maar ook voor wie zorg krijgt in een semiresidentiële context zoals een dagverzorgingscentrum, kortverblijf of hersteloord. Dankzij dit zorgbudget van 130 euro worden de kosten voor niet-medische hulp- en dienstverlening betaalbaar gehouden en krijgen de mensen meer mogelijkheden om hun leven en zorg zelf te organiseren en hun welzijn te verhogen.
\r\nDe THAB kan men ontvangen vanaf 65 jaar op basis van een verminderde graad van zelfredzaamheid. Vanaf 1 januari 2017 zal Vlaanderen deze tegemoetkoming overnemen van het federale niveau. De tegemoetkoming vergoedt de meerkost die de persoon ondervindt wegens zijn verminderde zelfredzaamheid. Zij biedt maandelijks een forfaitair bedrag dat varieert volgens 5 categorieën van zorgzwaarte. De tegemoetkoming is inkomensgerelateerd.
\r\nDe eerste tegemoetkomingen in het kader van het BOB werden uitgekeerd in september 2016. Het bedrag van 300 euro per maand is een vrij besteedbaar bedrag waarmee de persoon met een handicap, laagdrempelig en flexibel, ondersteuning kan inkopen. In deze eerste fase wordt het BOB uitbetaald aan personen die al lang met een actieve zorgvraag op de Centrale Registratie van Zorgvragen (CRZ) geregistreerd staan.
\r\nEen derde belangrijk aspect is het verkrijgen van correcte, tijdige informatie en een goede begeleiding aangaande de mogelijke zorg- en ondersteuning binnen de context van de zorgbehoevende.
\r\nBinnen het Vlaamse mantelzorgplan hebben we zowel aandacht voor het breed ontsluiten van beschikbare informatie door een Vlaams expertisepunt mantelzorg als de individuele begeleiding. De oprichting van een expertisepunt mantelzorg is in voorbereiding. Het is de doelstelling dat het expertisepunt laagdrempelig alle relevante informatie ontsluit zowel voor de mantelzorger, de zorgbehoevende, professionele zorgactoren als andere geïnteresseerden.
\r\nVoor individuele informatieverstrekking, advisering, psychosociale ondersteuning en begeleiding kan er reeds een beroep gedaan worden op de professionele zorg. Diensten maatschappelijk werk van ziekenfondsen of sociale huizen zetten hierop in. Ook binnen onze projecten geïntegreerd breed onthaal wordt dit opgenomen.
\r\nBij de voorbereiding van de eerstelijnsconferentie, die plaats heeft in februari 2017, staat het punt toegankelijkheid van zorg en duidelijke informatie ook op de agenda. De uitbouw van een lokaal informatiepunt met de betrokken actoren is een beschreven piste.
\r\nBuurtgerichte Zorg bundelt lokaal krachten. In het kader van de realisatie van de conceptnota Vlaams welzijns- en zorgbeleid voor ouderen is een werkgroep buurtgerichte zorg opgestart. Doelstelling is beleidsaanbevelingen te formuleren om actief zorgzame buurten te stimuleren, die naast versterking van de sociale cohesie ook het welzijn van alle buurtbewoners beogen. Ook hiernaar wordt in ons mantelzorgplan verwezen.
Er kan ook informatie worden gegeven door lotgenoten. Lotgenotencontact waarbij ervaringen worden gedeeld, kan een hefboom zijn om professionele zorg te bevragen. We denken hier bijvoorbeeld aan initiatieven van de Alzheimer Liga of verenigingen van gebruikers en mantelzorgers.
Ik wil in dit kader ook verwijzen naar het D-SCOPE-project, dat als doelstelling heeft kwetsbaarheid bij ouderen preventief te detecteren en hen toe te leiden naar de juiste ondersteuning en begeleiding. D-SCOPE is een internationale onderzoeksgroep die aan strategisch basisonderzoek doet dat theoretisch onderbouwd maar ook sterk praktijkgericht is. Men wil specifieke interventies en hulpmiddelen aanreiken die worden gedragen door en die ontstaan vanuit de dagdagelijkse ervaring. Dit onderzoek wordt mee gefinancierd door het Agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie en loopt tot einde 2018.
Het faciliteren van genuanceerde beeldvorming over mantelzorg is in ons mantelzorgplan opgenomen. Dit zal worden uitgewerkt in het verlengde van de realisatie van het Vlaams expertisepunt mantelzorg. Het meer in de verf zetten van de dag van de mantelzorg is hier een concreet voorstel van.
Minstens even belangrijk is de aandacht die we willen geven aan de samenwerking tussen de professionele zorg en de mantelzorgers. Elke zorgverlener waarmee een zorgbehoevende in contact komt, zou ook de hulpverlener moeten kunnen zijn die ondersteuningsnoden bij de mantelzorger detecteert. We willen de zorgactoren aanmoedigen om mantelzorg te erkennen en te ondersteunen. Dit behelst onder andere het betrekken van mantelzorgers als partners in de zorg, het luisteren naar noden en behoeften van mantelzorgers, het herkennen van signalen die kunnen wijzen op het doorbreken van de draagkracht-draaglastbalans. Zoals in de acties is opgenomen, is verder overleg met onderwijs, beroepsverenigingen of koepels nodig om dit te realiseren.
Concreet is er al een project met het Vlaams Apothekers Netwerk lopende over dementie, waarbij de rol van de huisapotheker in de begeleiding van ambulante personen met dementie en hun mantelzorg opgenomen is.
In 2017 zal er een stijging zijn van het aantal uren gezinszorg dat gesubsidieerd wordt. Onder voorbehoud van de goedkeuring van de begroting 2017 is in een budget van 13,44 miljoen euro voorzien voor de thuiszorg.
We streven in ons mantelzorgplan naar triadisch werken. De triade mantelzorger, zorgbehoevende en professionele zorgactor vormen de kern van een integrale en contextgerichte zorg en ondersteuning. Mantelzorgers zijn daarbij volwaardige actoren in het zorg- en ondersteuningstraject van de zorgbehoevende, maar verdienen tegelijkertijd ook zelf zorg en ondersteuning.
In de voorbereiding van de eerstelijnsconferentie wordt de ondersteuning van de zorgbehoevende binnen zijn specifieke context opgenomen. Zowel de ondersteuning van wie als persoon met een zorgnood of mantelzorger de regierol opneemt als de intensievere mate van ondersteuning in complexe zorgsituaties wordt op die conferentie verder uitgewerkt.
Het is van belang dat we de huidige mantelzorgers – een enorm maatschappelijk kapitaal dat Vlaanderen rijk is – erkennen, waarderen en ondersteunen. Dit houdt ook het erkennen van grenzen aan mantelzorg in. Het is anderzijds onze doelstelling dat we mensen die de rol van mantelzorger wensen op te nemen naast hun verschillende andere rollen, de nodige mogelijkheden daartoe bieden.
Op de vraag aan mantelzorgers of zij opnieuw mantelzorg zouden verlenen, blijkt uit het onderzoek Sporen naar duurzame mantelzorg, dat 93 procent de hulp zeker of waarschijnlijk opnieuw zou verlenen. Dit gegeven sterkt ons dat mantelzorg een positieve keuze kan blijven.
Ons mantelzorgplan is erop gericht in te zetten op de levenskwaliteit van de mantelzorger. Dit houdt noodzakelijk ook in dat moet worden geïnvesteerd in de verdere uitbouw van professionele zorg en ondersteuning en respijtzorg. Het faciliteren van mantelzorg kan zich niet beperken tot de brede welzijnssector, het moet een maatschappelijke keuze worden die over beleidsniveaus en beleidsdomeinen heen wordt gerealiseerd. Werken aan een mantelzorgvriendelijk personeelsbeleid is daar trouwens een voorbeeld van.
Het Vlaamse mantelzorgplan werd op 30 juni 2016 meegedeeld aan de Vlaamse Regering. Voor dat plan hebben we verschillende adviezen gevraagd en ontvangen. We verwerken momenteel de adviezen van de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen, de Vlaamse Jeugdraad, de Vlaamse Ouderenraad en van de Strategische Adviesraad voor het Welzijns-, Gezondheids- en Gezinsbeleid. We hebben ook nog spontane adviezen ontvangen en zullen ook de beleidsaanbevelingen van dit onderzoek aan het plan toetsen. Waar nodig kan het plan nog aangevuld worden. Daarna zal het ter goedkeuring worden voorgelegd aan de Vlaamse Regering.
","sprekertitel":"Minister Jo Vandeurzen","voorzitter-tijdens-spreker":"Bart Van Malderen"},{"link":[],"persoon":{"aanspreking":"De heer","fotowebpath":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1478708","id":3246,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/3246?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Van Malderen","voornaam":"Bart"},"sprekertekst":"Mevrouw Coppé heeft het woord.
","sprekertitel":"De voorzitter","voorzitter-tijdens-spreker":"Bart Van Malderen"},{"link":[],"persoon":{"aanspreking":"Mevrouw","fotowebpath":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1478659","id":3428,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/3428?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Coppé","voornaam":"Griet"},"sprekertekst":"Minister, ik dank u voor uw antwoord. Het toont, zoals ik zelf ook citeerde, aan dat de opstelling van het mantelzorgplan en de meer dan honderd acties een grote stap in de goede richting is. Er is uitvoerig omschreven welke acties zullen worden uitgerold. Een aantal acties zijn al bezig.
Uit de voorstelling van deze studie blijkt dat mensen met een laag inkomen trachten zorg uit te stellen. Het gaat dan niet alleen over financiële toegankelijkheid. Er zijn ook andere drempels zoals de nodige kennis van het aanbod om steun te kunnen krijgen. Vaak beschikken mensen met een laag inkomen over een te beperkt netwerk, zijn ze te veel gesteld op hun zelfstandigheid en willen zij geen hulp of zijn er administratieve euvels. Daar moet verder op worden ingezet zodat ook die mensen de zorg krijgen die ze verdienen.
","sprekertitel":"Griet Coppé (CD&V)","voorzitter-tijdens-spreker":"Bart Van Malderen"},{"link":[],"persoon":{"aanspreking":"De heer","fotowebpath":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1478708","id":3246,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/3246?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Van Malderen","voornaam":"Bart"},"sprekertekst":"De heer Bertels heeft het woord.
","sprekertitel":"De voorzitter","voorzitter-tijdens-spreker":"Bart Van Malderen"},{"link":[],"persoon":{"aanspreking":"De heer","fotowebpath":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1478741","id":4055,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/4055?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Bertels","voornaam":"Jan"},"sprekertekst":"Minister, ik ben erkentelijk dat u uitdrukkelijk zegt dat we moeten erkennen dat er grenzen zijn aan de mantelzorg. In het kader van de vermaatschappelijking van de zorg zullen we die grenzen moeten respecteren. Het gaat dan over begrippen als integrale zorg, gecoördineerde zorg, globale zorg. Er is al gezegd dat sommige mensen geen netwerk en dus geen mantelzorg hebben. Ook zij moeten een beroep kunnen doen op de zorg die zij verdienen. We mogen niet verder gaan – ik neem aan dat u dat ook erkent – in de blinde privatisering van de zorg.
Ik ben u ook dankbaar dat u uitdrukkelijk zegt dat er acties moeten komen in verband met het mattheuseffect inzake mantelzorgers en mensen die een beroep kunnen doen op mantelzorg en professionele zorg. Niet enkel mensen uit rijke gemeenten – om het onderzoek te citeren – doen een beroep op professionele zorg maar ook op mantelzorg. Ook op dat mattheuseffect moet worden ingespeeld om te vermijden dat we verschillende klassen zouden krijgen in de zorg.
Minister, u zegt terecht dat we moeten investeren in de respijtzorg. Dat moeten we inderdaad absoluut doen om de perceptie bij de huidige en toekomstige mantelzorgers te verbeteren. Zij moeten af en toe rust kunnen nemen. Ik zie dat nog te weinig.
U zegt dat u de adviezen van de Strategische Adviesraad Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, de Vlaamse Ouderenraad en anderen aan het verwerken bent. Een van de adviezen in het mantelzorgplan was dat er wel een goede aanzet is maar dat de acties concreet moeten worden. Wanneer zullen we concrete acties zien, minister? Wanneer zult u dat aangepast plan voorleggen aan de Vlaamse Regering?
U hebt ook verwezen naar wat u ‘het mantelzorgvriendelijk personeelsbeleid’ noemt. Ik heb daar wat vragen bij omdat in de discussie over het zorgkrediet bij minister Muyters niet zozeer het mantelzorgvriendelijk personeelsbeleid is verdedigd. Hebt u dat tijdens die discussie naar voren gebracht? Ik zie weinig positiefs in die discussie in verband met de zorgverloven die ook deze Vlaamse Regering heeft beperkt.
","sprekertitel":"Jan Bertels (sp·a)","voorzitter-tijdens-spreker":"Bart Van Malderen"},{"link":[],"persoon":{"aanspreking":"De heer","fotowebpath":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1478708","id":3246,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/3246?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Van Malderen","voornaam":"Bart"},"sprekertekst":"De heer Persyn heeft het woord.
","sprekertitel":"De voorzitter","voorzitter-tijdens-spreker":"Bart Van Malderen"},{"link":[],"persoon":{"aanspreking":"De heer","fotowebpath":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1478883","id":4111,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/4111?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Persyn","voornaam":"Peter"},"sprekertekst":"Voor mijn fractie zijn thuiszorg en mantelzorg heel belangrijk, zowel in economische termen als inzake maatschappelijke impact. Minister, u hebt heel veel deelvragen beantwoord waarbij u hebt gewezen op die extra ondersteuning, de respijtzorg. In antwoord op eerdere vragen van collega’s hebt u ook het groeipad in de respijtzorg geschetst. Er is de afgelopen vijf jaar bijna een verdubbeling van het aantal dagverzorgingscentra en centra voor kort verblijf.
In de begroting die voorligt, is er ook een groeipad voor de gezinszorg. Het gaat dan over de inkomensgerelateerde formele thuiszorg. Ik juich dat toen. Dat bewijst dat deze meerderheid wel degelijk investeert in de zorg. Er is niet in de zorg zelf gesnoeid, maar wel in apparaten, nu is het echter tijd om te groeien. Dat was aangekondigd en wordt hier opnieuw bevestigd.
Ik sluit me aan bij de meeste opmerkingen en replieken van de collega’s. Ik heb wel nog een specifieke vraag over uw voorstel om nog meer vraaggericht te werken. Als we vraaggerichte zorg willen bieden, moeten mensen ook in staat zijn om die zorg te formuleren en die vraag dus te stellen. In de vraag was onder meer sprake van een duidelijk mattheuseffect in de formele zorg en dat geldt zowel voor de gezinszorg als voor de zorg van thuisverpleegkundigen die niet te onderschatten is, en van de huisartsen. Daar zijn de financiële drempels al lang weggenomen. Mensen met een verhoogde tegemoetkoming betalen een minimum aan remgeld. Bij de verpleegkundigen is het remgeld al twintig jaar weggevallen. Daar zijn dus geen financiële drempels meer, maar toch zien we duidelijk onderbenutting.
Minister, hoe kunnen we met onze nieuwe Vlaamse sociale bescherming en alle knipperlichten die we op verschillende niveaus kunnen inbouwen, de detectie verbeteren? Naast buurtgericht werken kan het optreden in netwerken met de fameuze zorgtriade een nuttige tool zijn, maar het zou goed zijn dat structureel in te bouwen. Minister, hoe kan in de toekomst meer vraaggericht worden gewerkt in het formele zorgaanbod ten aanzien van die moeilijke doelgroep, namelijk mensen met een laag inkomen of met een verhoogde kwetsbaarheid?
","sprekertitel":"Peter Persyn (N-VA)","voorzitter-tijdens-spreker":"Bart Van Malderen"},{"link":[],"persoon":{"aanspreking":"De heer","fotowebpath":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1478708","id":3246,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/3246?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Van Malderen","voornaam":"Bart"},"sprekertekst":"Minister Vandeurzen heeft het woord.
","sprekertitel":"De voorzitter","voorzitter-tijdens-spreker":"Bart Van Malderen"},{"link":[],"persoon":{"aanspreking":"De heer","id":2629,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/2629?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Vandeurzen","voornaam":"Jo"},"sprekertekst":"Mijnheer Persyn, over uw laatste vraag zouden we een lange en uitvoerige gedachtewisseling kunnen houden. U vraagt hoe we met ons aanbod voldoende terechtkomen bij de meest kwetsbare mensen die, indien ze gebruik zouden maken van dat aanbod, de grootste gezondheidswinst zouden kunnen boeken. Deze vraag zal aan bod komen tijdens de gezondheidsconferentie over levensstijl.
Het is voor mij duidelijk dat wij een belangrijker verband moeten leggen tussen eerstelijnswelzijnswerk en de toegang tot de zorg. De initiatieven breed onthaal zijn daarvoor een belangrijk instrument. Na de eerstelijnsgezondheidsconferentie in 2018 zullen we een soortgelijke oefening doen voor het welzijnswerk. Hoe meer voorbereidingen wij treffen voor de eerstelijnsgezondheidsconferentie, hoe duidelijker het wordt dat de link tussen de zorgsector en het welzijnswerk nog niet optimaal is. Wanneer men mensen moet toeleiden, moet men de momenten dat er contact is gebruiken om na te gaan of er toeleiding nodig is naar rechten die moeten worden uitgeput en naar het juiste zorgaanbod.
Persoonlijk vind ik dat, naarmate we meer en meer spreken over geïntegreerde zorg, chronische zorg en de manier waarop je je organisatie daaraan moet aanpassen, we ook meer en meer tot de vraag komen hoe we beter verbanden leggen tussen mensen met schuldproblemen, gezondheidsproblemen, relatieproblemen, echtscheidingsproblemen, financiële problemen, zorgproblemen. Voor iemand die niet vertrouwd is met de geschiedenis van de organisatie van ons land, is dat misschien nogal een evidente vraagstelling, maar met alle instituties en structuren is dat wel een vraag die gesteld moet worden.
Wij moeten gaan voor meer automatische rechtentoekenning. Dat is een van de kernzaken van de Vlaamse sociale bescherming. Door het doorgedreven automatiseren en een hergebruik van attesten, kunnen wij meer automatische rechtentoekenningen doen. Dat is weinig aan bod gekomen naar aanleiding van het jaarverslag van het Zorgfonds, maar in 2015 hebben we opnieuw een reeks attesten toegevoegd aan de attesten die op automatische piloot toegang geven tot de tegemoetkomingen uit de zorgverzekering. Dat zullen we met die Vlaamse sociale bescherming ook moeten maximaliseren: zo veel mogelijk één inschalingsinstrument om toegang te hebben, en zo weinig mogelijk herhaling en nieuwe administratieve procedures, die voor mensen altijd maar barrières zijn om de weg naar de zorg te vinden.
Het staat in de beleidsnota, maar ook in de beleidsbrief, dat wij werk moeten maken van de methodiek van de strijd tegen de onderbescherming. De samenlevingsopbouwsector heeft een hele methodiek ontwikkeld om vanuit het welzijnswerk mensen veel proactiever, preventiever en vroegtijdiger te bereiken en te benaderen. Dat is iets dat in het globale ‘brede onthaal’ ook meegenomen is als methodiek. We moeten een beetje weg van de idee dat het maatschappelijk werk alleen een soort onthaal is in de fysieke betekenis van het woord. Het zal een proactievere invulling moeten kunnen krijgen. Daar heeft de sector trouwens al heel belangrijke oefeningen rond gedaan.
Ik geloof heel sterk in het hoofdstuk uit het mantelzorgplan rond buurtgerichte benadering. Het is voor mij heel duidelijk dat je sterke ‘communities’ moet proberen te bouwen, om mensen ook te kunnen versterken, te empoweren en toe te leiden naar zorg en ondersteuning, als dat nodig is.
Mijnheer Bertels, er wordt soms gesuggereerd dat ik steeds meer verwacht van mantelzorgers en dat ik in mijn strategie reken op het feit dat de mantelzorger een evidentie is in de toekomst. Maar de waarheid is natuurlijk dat dat geen evidentie is in de toekomst, integendeel. En dus moeten wij ernstig nadenken over andere modellen. Dat is niet vanuit budgettair oogpunt, maar vanuit de overtuiging dat goede en sterke informele zorg door degene die de zorg en de ondersteuning krijgt, gewoon beschouwd wordt als een heel groot kwaliteitsgegeven: ik vind het belangrijk dat ik naar een dienstencentrum kan gaan, dat ik contact heb met mensen, dat ik bezoek krijg thuis, omdat mij dat op een authentieke manier het gevoel kan geven dat ik er nog bij hoor in de samenleving.
Die buurtgerichte benadering, waarbij je mensen versterkt, ontmoetingskansen creëert, met mantelzorg, sociale netwerken, buurtgerichte werking, vrijwilligerswerk, dat is voor mij een biotoop waar we in de volgende jaren nog veel meer op moeten kunnen inzetten. Daar zijn heel wat opportuniteiten voor. Ik verwacht daar ook heel veel van in het kader van het lokaal sociaal beleid. Ik denk persoonlijk dat dat ook een kracht is om mensen die misschien niet direct de weg ernaartoe vinden, nauwer te kunnen aanhalen en de juiste toeleiding voor hen te kunnen organiseren.
Wij gaan respijtzorg verder blijven organiseren. In het vorige debat ging het over kortverblijf voor mensen met een handicapspecifieke ondersteuning. Voor de dienstencentra zal de begroting volgend jaar toelaten om opnieuw capaciteit te generen. Het is absoluut belangrijk dat we daar consequent op blijven inzetten. En als we dat doen, is dat natuurlijk ook een concrete invulling van het mantelzorgbeleidsplan.
","sprekertitel":"Minister Jo Vandeurzen","voorzitter-tijdens-spreker":"Bart Van Malderen"},{"link":[],"persoon":{"aanspreking":"De heer","fotowebpath":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1478708","id":3246,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/3246?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Van Malderen","voornaam":"Bart"},"sprekertekst":"Mevrouw Coppé heeft het woord.
","sprekertitel":"De voorzitter","voorzitter-tijdens-spreker":"Bart Van Malderen"},{"link":[],"persoon":{"aanspreking":"Mevrouw","fotowebpath":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1478659","id":3428,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/3428?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Coppé","voornaam":"Griet"},"sprekertekst":"Bedankt voor het antwoord, minister. Dit zal inderdaad niet de laatste discussie zijn die we in deze commissie voeren over mantelzorg, financiële drempels en nog veel meer. Hoe kan iedereen genieten van de zorg die hij of zij nodig heeft en waar hij of zij recht op heeft? Dat moet een van onze doelstellingen zijn. Wij steunen uw beleid waar mogelijk, om die doelstelling te realiseren. We moeten zorg geven waar nodig en desnoods, zoals gezegd, toekomstgericht niet alleen zorg aanbieden, maar ook het sociaal werk inschakelen, zodat de zorg toegankelijk is voor iedereen.
","sprekertitel":"Griet Coppé (CD&V)","voorzitter-tijdens-spreker":"Bart Van Malderen"},{"link":[],"persoon":{"aanspreking":"De heer","fotowebpath":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1478708","id":3246,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/3246?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Van Malderen","voornaam":"Bart"},"sprekertekst":"De heer Bertels heeft het woord.
","sprekertitel":"De voorzitter","voorzitter-tijdens-spreker":"Bart Van Malderen"},{"link":[],"persoon":{"aanspreking":"De heer","fotowebpath":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1478741","id":4055,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/4055?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Bertels","voornaam":"Jan"},"sprekertekst":"Ik denk dat we het allemaal min of meer eens zijn met de vier grote doelstellingen die de minister genoemd heeft. Het gaat natuurlijk over de concrete invulling ervan. De link welzijn-gezondheidszorg is belangrijk. En niemand zal discussiëren over automatische rechtentoekenning. Maar het gaat over de concrete invulling.
Het concept van de buurtgerichte zorg, minister, is inderdaad een concept dat we moeten ontwikkelen. Ik ben blij dat u ook gezegd hebt dat we daar zorgmodellen op moeten enten, ook binnen het kader van die buurtgerichte zorg, voor mensen die geen netwerk hebben, opdat zij ook kunnen genieten van sterke informele zorg. Belangrijk is de volgorde waarin u het gezegd hebt. U hebt gezegd dat we zorgmodellen moeten ontwikkelen voor die mensen. Want, mijnheer Persyn, er bestaat wel degelijk nog een mattheuseffect. De financiële toegankelijkheid is daar een van de aspecten van. Het is niet allesoverheersend, maar het is wel een aspect dat daar nog altijd in meespeelt, opdat mensen toegankelijke zorg krijgen.
Het is belangrijk dat we dat zorgmodel ontwikkelen, ook vanuit die aspecten, voor de mensen die minder netwerk hebben, en ook in die volgorde: eerst het zorgmodel ontwikkelen, en niet omgekeerd, waar ik soms voor vrees als ik sommigen hoor. Men wil de buurtgerichte zorg doorschuiven naar de lokale overheden, zonder model. Dan weet ik wat er zal gebeuren. Er zullen er een aantal zijn waar er geen model is. Ik neem dus aan dat de volgorde die de minister gezegd heeft, belangrijk is: eerst het zorgmodel voor de ontwikkeling van de buurtgerichte zorg, en dan pas eventueel overschakelen naar andere entiteiten.
","sprekertitel":"Jan Bertels (sp·a)","voorzitter-tijdens-spreker":"Bart Van Malderen"},{"link":[],"persoon":{"aanspreking":"De heer","fotowebpath":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1478708","id":3246,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/3246?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Van Malderen","voornaam":"Bart"},"sprekertekst":"De vragen om uitleg zijn afgehandeld.
","sprekertitel":"De voorzitter","voorzitter-tijdens-spreker":"Bart Van Malderen"}],"titel":"Vraag om uitleg van Griet Coppé aan Jo Vandeurzen, Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, over de financiële toegankelijkheid van thuiszorg\r\nVraag om uitleg van Jan Bertels aan Jo Vandeurzen, Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, over de studie van de Koning Boudewijnstichting over mantelzorg","titel-samenstelling":"N","vergadering":{"agenda-gewijzigd":"J","agenda-versie":"3","besloten-vergadering":false,"commissie":[{"afkorting":"WEL","datumtot":"2019-05-25T00:00:59+0200","datumvan":"2014-09-24T00:00:00+0200","id":925085,"link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/comm/925085{?datum}","rel":"self","templated":true,"variableNames":["datum"],"variables":[{"description":"","name":"datum","type":"REQUEST_PARAM"}]}],"titel":"Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid en Gezin"}],"commissiehandelingen":{"isvoorlopigeversie":false,"link":[],"pdffilewebpath":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1216293"},"datumagendering":"2016-11-08T13:30:00+0100","datumbegin":"2016-11-08T13:30:00+0100","datumeinde":"2016-11-08T19:51:08+0100","id":1091439,"laatste-wijziging":"2016-11-07T13:40:00+0100","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/verg/1091439/agd?aanpassingen=nee","rel":"agenda","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]},{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/verg/1091439?aanpassingen=nee&idPrsHighlight=0","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]},{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/verg/1091439/hand?idPrsHighlight=0","rel":"handelingen","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"omschrijving":"\n Deze week beginnen de besprekingen van de begroting 2017 en van de \n beleidsbrief Welzijn, Volksgezondheid en Gezin 2016-2017. Minister Jo \n Vandeurzen geeft een toelichting van beide documenten, daarna volgt de \n bespreking met de commissieleden.\n
\n","omschrijving-kort":["\n Begroting en beleidsbrief\n "],"opname-start":"2016-11-08T13:24:33+0100","status":"afgelopen","subtype":"Commissievergadering","type":"Commissie","uses-beknopt-verslag":false,"uses-webhandelingen":true,"vergadering-met-verslag":true,"vergaderingnummer":"52","vergaderzaal":{"naam":"Antoon Van Dyck","verdieping":"2"},"video-youtube-id":"qmgMx-4_VvM","voorlopig-verslag":false,"voorzitter":{"aanspreking":"De heer","fotowebpath":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1478708","id":3246,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/3246?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Van Malderen","voornaam":"Bart"}},"verzoekschrift":[],"volgende-journaallijn":{"datum":"2016-11-08T18:09:10+0100","debat":[],"gedachtewisseling":[],"id":1092393,"link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/jln/1092393","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"parlementair-initiatief":[],"titel":"Vraag om uitleg van Lorin Parys aan Jo Vandeurzen, Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, over het voorrang geven aan hetero-adoptiekoppels voor binnenlandse adoptie\r\nVraag om uitleg van Emmily Talpe aan Jo Vandeurzen, Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, over de doorstroom van extra heterokoppels voor binnenlandse adopties","titel-samenstelling":"N","vergadering":{"agenda-gewijzigd":"J","agenda-versie":"3","besloten-vergadering":false,"commissie":[{"afkorting":"WEL","datumtot":"2019-05-25T00:00:59+0200","datumvan":"2014-09-24T00:00:00+0200","id":925085,"link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/comm/925085{?datum}","rel":"self","templated":true,"variableNames":["datum"],"variables":[{"description":"","name":"datum","type":"REQUEST_PARAM"}]}],"titel":"Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid en Gezin"}],"commissiehandelingen":{"isvoorlopigeversie":false,"link":[],"pdffilewebpath":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1216293"},"datumagendering":"2016-11-08T13:30:00+0100","datumbegin":"2016-11-08T13:30:00+0100","datumeinde":"2016-11-08T19:51:08+0100","id":1091439,"laatste-wijziging":"2016-11-07T13:40:00+0100","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/verg/1091439/agd?aanpassingen=nee","rel":"agenda","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]},{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/verg/1091439?aanpassingen=nee&idPrsHighlight=0","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]},{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/verg/1091439/hand?idPrsHighlight=0","rel":"handelingen","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"omschrijving":"\n Deze week beginnen de besprekingen van de begroting 2017 en van de \n beleidsbrief Welzijn, Volksgezondheid en Gezin 2016-2017. Minister Jo \n Vandeurzen geeft een toelichting van beide documenten, daarna volgt de \n bespreking met de commissieleden.\n
\n","omschrijving-kort":["\n Begroting en beleidsbrief\n "],"opname-start":"2016-11-08T13:24:33+0100","status":"afgelopen","subtype":"Commissievergadering","type":"Commissie","uses-beknopt-verslag":false,"uses-webhandelingen":true,"vergadering-met-verslag":true,"vergaderingnummer":"52","vergaderzaal":{"naam":"Antoon Van Dyck","verdieping":"2"},"video-youtube-id":"qmgMx-4_VvM","voorlopig-verslag":false,"voorzitter":{"aanspreking":"De heer","fotowebpath":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1478708","id":3246,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/3246?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Van Malderen","voornaam":"Bart"}},"verzoekschrift":[],"vrageninterpellatie":[{"contacttype":[{"beschrijving":"Vraagsteller","beschrijving-meervoud":"Vraagsteller","contact":[{"fractie":{"id":1491004,"kleur":"ffac12","logo":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1671990","naam":"N-VA","zetel-aantal":41},"id":4083,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/4083?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Parys","voornaam":"Lorin"}]},{"beschrijving":"Ondervraagde minister","beschrijving-meervoud":"Ondervraagde minister","contact":[{"id":2629,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/2629?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Vandeurzen","voornaam":"Jo"}]},{"beschrijving":"Spreker","beschrijving-meervoud":"Sprekers","contact":[{"fractie":{"id":1491033,"kleur":"003d6d","logo":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1672031","naam":"Open Vld","zetel-aantal":19},"id":4272,"is-huidige-vv":"J","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/4272?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Talpe","voornaam":"Emmily"},{"fractie":{"id":1491009,"kleur":"e23a3f","logo":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1671994","naam":"sp·a","zetel-aantal":18},"id":3246,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/3246?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Van Malderen","voornaam":"Bart"}]}],"id":1091107,"link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vi/1091107","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"nummer":"429","objectstatus":"behandeld","objecttype":{"naam":"Vraag om uitleg","naamMeervoud":"Vragen om uitleg"},"onderwerp":"over het voorrang geven aan hetero-adoptiekoppels voor binnenlandse adoptie","titel":"Vraag om uitleg van Lorin Parys aan Jo Vandeurzen, Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, over het voorrang geven aan hetero-adoptiekoppels voor binnenlandse adoptie","verslagnognietbeschikbaar":true,"zittingsjaar":"2016-2017"},{"contacttype":[{"beschrijving":"Vraagsteller","beschrijving-meervoud":"Vraagsteller","contact":[{"fractie":{"id":1491033,"kleur":"003d6d","logo":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1672031","naam":"Open Vld","zetel-aantal":19},"id":4272,"is-huidige-vv":"J","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/4272?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Talpe","voornaam":"Emmily"}]},{"beschrijving":"Ondervraagde minister","beschrijving-meervoud":"Ondervraagde minister","contact":[{"id":2629,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/2629?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Vandeurzen","voornaam":"Jo"}]},{"beschrijving":"Spreker","beschrijving-meervoud":"Sprekers","contact":[{"fractie":{"id":1491004,"kleur":"ffac12","logo":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1671990","naam":"N-VA","zetel-aantal":41},"id":4083,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/4083?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Parys","voornaam":"Lorin"},{"fractie":{"id":1491009,"kleur":"e23a3f","logo":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1671994","naam":"sp·a","zetel-aantal":18},"id":3246,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/3246?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Van Malderen","voornaam":"Bart"}]}],"id":1091118,"link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vi/1091118","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"nummer":"432","objectstatus":"behandeld","objecttype":{"naam":"Vraag om uitleg","naamMeervoud":"Vragen om uitleg"},"onderwerp":"over de doorstroom van extra heterokoppels voor binnenlandse adopties","titel":"Vraag om uitleg van Emmily Talpe aan Jo Vandeurzen, Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, over de doorstroom van extra heterokoppels voor binnenlandse adopties","verslagnognietbeschikbaar":true,"zittingsjaar":"2016-2017"}]},"voorzitter-tijdens-journaallijn":{"aanspreking":"De heer","fotowebpath":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1478708","id":3246,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/3246?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Van Malderen","voornaam":"Bart"},"vorige-journaallijn":{"datum":"2016-11-08T16:59:07+0100","debat":[],"gedachtewisseling":[],"id":1092230,"link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/jln/1092230","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"parlementair-initiatief":[],"titel":"Vraag om uitleg van Lorin Parys aan Jo Vandeurzen, Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, over het gebruik van VAP-dagen (vrijstelling van arbeidsprestaties)\r\nVraag om uitleg van Elke Van den Brandt aan Jo Vandeurzen, Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, over kwaliteitsvol werk voor zorgpersoneel","titel-samenstelling":"N","vergadering":{"agenda-gewijzigd":"J","agenda-versie":"3","besloten-vergadering":false,"commissie":[{"afkorting":"WEL","datumtot":"2019-05-25T00:00:59+0200","datumvan":"2014-09-24T00:00:00+0200","id":925085,"link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/comm/925085{?datum}","rel":"self","templated":true,"variableNames":["datum"],"variables":[{"description":"","name":"datum","type":"REQUEST_PARAM"}]}],"titel":"Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid en Gezin"}],"commissiehandelingen":{"isvoorlopigeversie":false,"link":[],"pdffilewebpath":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1216293"},"datumagendering":"2016-11-08T13:30:00+0100","datumbegin":"2016-11-08T13:30:00+0100","datumeinde":"2016-11-08T19:51:08+0100","id":1091439,"laatste-wijziging":"2016-11-07T13:40:00+0100","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/verg/1091439/agd?aanpassingen=nee","rel":"agenda","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]},{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/verg/1091439?aanpassingen=nee&idPrsHighlight=0","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]},{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/verg/1091439/hand?idPrsHighlight=0","rel":"handelingen","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"omschrijving":"\n Deze week beginnen de besprekingen van de begroting 2017 en van de \n beleidsbrief Welzijn, Volksgezondheid en Gezin 2016-2017. Minister Jo \n Vandeurzen geeft een toelichting van beide documenten, daarna volgt de \n bespreking met de commissieleden.\n
\n","omschrijving-kort":["\n Begroting en beleidsbrief\n "],"opname-start":"2016-11-08T13:24:33+0100","status":"afgelopen","subtype":"Commissievergadering","type":"Commissie","uses-beknopt-verslag":false,"uses-webhandelingen":true,"vergadering-met-verslag":true,"vergaderingnummer":"52","vergaderzaal":{"naam":"Antoon Van Dyck","verdieping":"2"},"video-youtube-id":"qmgMx-4_VvM","voorlopig-verslag":false,"voorzitter":{"aanspreking":"De heer","fotowebpath":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1478708","id":3246,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/3246?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Van Malderen","voornaam":"Bart"}},"verzoekschrift":[],"vrageninterpellatie":[{"contacttype":[{"beschrijving":"Vraagsteller","beschrijving-meervoud":"Vraagsteller","contact":[{"fractie":{"id":1491004,"kleur":"ffac12","logo":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1671990","naam":"N-VA","zetel-aantal":41},"id":4083,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/4083?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Parys","voornaam":"Lorin"}]},{"beschrijving":"Ondervraagde minister","beschrijving-meervoud":"Ondervraagde minister","contact":[{"id":2629,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/2629?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Vandeurzen","voornaam":"Jo"}]},{"beschrijving":"Spreker","beschrijving-meervoud":"Sprekers","contact":[{"fractie":{"id":1491035,"kleur":"83de62","logo":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1672033","naam":"Groen","zetel-aantal":9},"id":4093,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/4093?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Van den Brandt","voornaam":"Elke"},{"fractie":{"id":1491033,"kleur":"003d6d","logo":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1672031","naam":"Open Vld","zetel-aantal":19},"id":4086,"is-huidige-vv":"J","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/4086?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Saeys","voornaam":"Freya"}]}],"id":1089630,"link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vi/1089630","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"nummer":"366","objectstatus":"behandeld","objecttype":{"naam":"Vraag om uitleg","naamMeervoud":"Vragen om uitleg"},"onderwerp":"over het gebruik van VAP-dagen (vrijstelling van arbeidsprestaties)","titel":"Vraag om uitleg van Lorin Parys aan Jo Vandeurzen, Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, over het gebruik van VAP-dagen (vrijstelling van arbeidsprestaties)","verslagnognietbeschikbaar":true,"zittingsjaar":"2016-2017"},{"contacttype":[{"beschrijving":"Vraagsteller","beschrijving-meervoud":"Vraagsteller","contact":[{"fractie":{"id":1491035,"kleur":"83de62","logo":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1672033","naam":"Groen","zetel-aantal":9},"id":4093,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/4093?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Van den Brandt","voornaam":"Elke"}]},{"beschrijving":"Ondervraagde minister","beschrijving-meervoud":"Ondervraagde minister","contact":[{"id":2629,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/2629?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Vandeurzen","voornaam":"Jo"}]},{"beschrijving":"Spreker","beschrijving-meervoud":"Sprekers","contact":[{"fractie":{"id":1491004,"kleur":"ffac12","logo":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1671990","naam":"N-VA","zetel-aantal":41},"id":4083,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/4083?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Parys","voornaam":"Lorin"},{"fractie":{"id":1491033,"kleur":"003d6d","logo":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1672031","naam":"Open Vld","zetel-aantal":19},"id":4086,"is-huidige-vv":"J","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/4086?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Saeys","voornaam":"Freya"}]}],"id":1091265,"link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vi/1091265","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"nummer":"448","objectstatus":"behandeld","objecttype":{"naam":"Vraag om uitleg","naamMeervoud":"Vragen om uitleg"},"onderwerp":"over kwaliteitsvol werk voor zorgpersoneel","titel":"Vraag om uitleg van Elke Van den Brandt aan Jo Vandeurzen, Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, over kwaliteitsvol werk voor zorgpersoneel","verslagnognietbeschikbaar":true,"zittingsjaar":"2016-2017"}]},"vrageninterpellatie":[{"contacttype":[{"beschrijving":"Vraagsteller","beschrijving-meervoud":"Vraagsteller","contact":[{"fractie":{"id":1491031,"kleur":"f5822a","logo":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1672028","naam":"CD&V","zetel-aantal":27},"id":3428,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/3428?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Coppé","voornaam":"Griet"}]},{"beschrijving":"Ondervraagde minister","beschrijving-meervoud":"Ondervraagde minister","contact":[{"id":2629,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/2629?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Vandeurzen","voornaam":"Jo"}]},{"beschrijving":"Spreker","beschrijving-meervoud":"Sprekers","contact":[{"fractie":{"id":1491004,"kleur":"ffac12","logo":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1671990","naam":"N-VA","zetel-aantal":41},"id":4111,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/4111?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Persyn","voornaam":"Peter"},{"fractie":{"id":1491009,"kleur":"e23a3f","logo":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1671994","naam":"sp·a","zetel-aantal":18},"id":4055,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/4055?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Bertels","voornaam":"Jan"}]}],"id":1091081,"link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vi/1091081","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"nummer":"426","objectstatus":"behandeld","objecttype":{"naam":"Vraag om uitleg","naamMeervoud":"Vragen om uitleg"},"onderwerp":"over de financiële toegankelijkheid van thuiszorg","titel":"Vraag om uitleg van Griet Coppé aan Jo Vandeurzen, Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, over de financiële toegankelijkheid van thuiszorg","verslagnognietbeschikbaar":true,"zittingsjaar":"2016-2017"},{"contacttype":[{"beschrijving":"Vraagsteller","beschrijving-meervoud":"Vraagsteller","contact":[{"fractie":{"id":1491009,"kleur":"e23a3f","logo":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1671994","naam":"sp·a","zetel-aantal":18},"id":4055,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/4055?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Bertels","voornaam":"Jan"}]},{"beschrijving":"Ondervraagde minister","beschrijving-meervoud":"Ondervraagde minister","contact":[{"id":2629,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/2629?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Vandeurzen","voornaam":"Jo"}]},{"beschrijving":"Spreker","beschrijving-meervoud":"Sprekers","contact":[{"fractie":{"id":1491004,"kleur":"ffac12","logo":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1671990","naam":"N-VA","zetel-aantal":41},"id":4111,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/4111?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Persyn","voornaam":"Peter"},{"fractie":{"id":1491031,"kleur":"f5822a","logo":"https://docs.vlaamsparlement.be/pfile?id=1672028","naam":"CD&V","zetel-aantal":27},"id":3428,"is-huidige-vv":"N","link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vv/3428?lang=nl","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"naam":"Coppé","voornaam":"Griet"}]}],"id":1091263,"link":[{"href":"https://ws.vlpar.be/e/opendata/vi/1091263","rel":"self","templated":false,"variableNames":[],"variables":[]}],"nummer":"446","objectstatus":"behandeld","objecttype":{"naam":"Vraag om uitleg","naamMeervoud":"Vragen om uitleg"},"onderwerp":"over de studie van de Koning Boudewijnstichting over mantelzorg","titel":"Vraag om uitleg van Jan Bertels aan Jo Vandeurzen, Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, over de studie van de Koning Boudewijnstichting over mantelzorg","verslagnognietbeschikbaar":true,"zittingsjaar":"2016-2017"}]}